Jouw hond rent blij door het gras, vol energie en enthousiasme. Of je kat sluipt heerlijk door de tuin, altijd nieuwsgierig en op zoek naar kleine avonturen. Prachtig om te zien, totdat je plotseling een onverwachte bezoeker in hun vacht ontdekt: een teek. Deze mini-intrigerende beestjes kunnen vervelende ziekten overbrengen, zoals de ziekte van Lyme. Wil je jouw trouwe viervoeter(s) optimaal beschermen? Dan is het goed om te weten hoe je teken kunt voorkomen en bestrijden. In dit artikel vind je de beste tips.
1. Weet waar teken zich verstoppen
Teken houden van vochtige, beschutte plekjes met lang gras en laaghangende takken. Je hond of kat hoeft echt niet diep de wildernis in te trekken om ermee in aanraking te komen; een boswandeling, parkbezoek of zelfs een begroeide achtertuin kan al genoeg zijn. Heb je een tuin? Houd het gras kort, verwijder dorre bladeren en snoei struiken. Zo zorg je ervoor dat je de leefomgeving van teken minder aantrekkelijk maakt.

2. Dagelijkse tekencheck
Na die heerlijke wandeling of avontuurlijke snuffelronde is het belangrijk om je huisdier even na te kijken. Loop systematisch met je handen en ogen langs de oren, nek, oksels, liezen en tussen de tenen. Teken zijn meestal donker van kleur en kunnen klein zijn – soms niet groter dan een speldenknopje. Een dagelijkse check lijkt veel werk, maar veel honden en katten vinden het juist fijn om zo in de watten gelegd te worden. Zie het als een gezellig momentje samen!

3. Snel en zorgvuldig verwijderen
Heb je er een teek gevonden? Met de juiste aanpak is verwijderen gelukkig niet lastig. Gebruik bij voorkeur een tekenpincet of een speciaal tekenhaakje. Zet het zo dicht mogelijk op de huid, klem de teek vast en trek hem er rustig uit. Draai niet en gebruik geen alcohol of zeep vooraf, want dat kan de teek irriteren en juist bacteriën afgeven. Maak na het verwijderen het wondje eventueel schoon met wat water en een milde desinfectant.
4. Preventieve middelen
Er zijn verschillende middelen die je hond of kat kunnen beschermen tegen teken, zoals vlooien tekenbanden, spot-on pipetjes en orale tabletten. Deze geven een afstotende of dodelijke stof af, waardoor teken zich minder graag vestigen in de vacht. Overleg met de dierenarts wat bij jou dier past. Middelen voor honden en katten verschillen namelijk – sommige stoffen die veilig zijn voor honden, kunnen erg gevaarlijk zijn voor katten. Lees dus altijd goed de bijsluiter.
5. Let op symptomen
Houd je hond of kat na een tekenbeet goed in de gaten. Verandert je dier plotseling van gedrag, wordt hij sloom, verliest hij zijn eetlust of zie je zwellingen rond de beet? Neem dan contact op met de dierenarts. Hoe sneller je erbij bent, hoe beter eventuele infecties behandeld kunnen worden.
6. Informeer jezelf
Kennis is macht – en in dit geval een gezonde macht om je hond of kat een tekenvrij leven te gunnen. Websites als de Dierenzorggids, Beaphar, Dierenbescherming en Tegenteken.nl bieden uitgebreide informatie over teken, hun leefwijze en de mogelijke ziekten die ze kunnen overbrengen.
Kortom, met een paar simpele gewoontes zoals: het kort houden van je tuin, een dagelijkse check, regelmatig preventieve producten toedienen en snelle verwijdering bij een beet. Kun je de kans op een tekenplaag enorm verkleinen. Zo kun je elke speelronde in het bos of de tuin onbezorgd tegemoetzien. Laat jouw hond of kat dus met een gerust hart ravotten, en geniet zelf ook van al die vrolijke sprongen en snuffelmomenten, zonder dat kriebelige gasten het feestje verpesten!